Openbare ruimte

Beheer en onderhoud

In de stad hebben we kapitaalgoederen. Dit zijn objecten zoals de dreven, bruggen en het openbaar groen. We bepalen zelf op welk kwaliteitsniveau we dit onderhouden. We zorgen er hiermee voor dat deze veilig gebruikt kunnen worden. Als het nodig is vervangen wij de kapitaalgoederen.

In het meerjarenperspectief beheerexploitaties Almere (MPBA) bepalen we wanneer welk groot onderhoud uitgevoerd moet worden en wanneer de objecten vervangen worden.

bedragen x € 1 miljoen

realisatie

begroting

kostensoort

lasten 2020

baten 2020

lasten 2021

baten 2021

lasten 2022

baten 2022

lasten 2023

baten 2023

lasten 2024

baten 2024

lasten 2025

baten 2025

lasten 2026

baten 2026

personeel

0,3

0,2

opdrachten

0,2

0,4

0,8

2,8

1,7

0,6

0,6

beheer

6,7

2,1

0,8

4,8

7,9

11,7

10,5

inkoop

0,5

0,2

0,1

0,0

doorbelasting

-0,2

0,0

subsidieontvangst

0,8

0,9

0,7

0,6

0,6

0,6

0,6

toegerekende rente

0,2

0,6

0,6

0,6

0,6

0,6

0,6

afschrijving

0,7

1,2

1,2

1,2

1,2

1,2

1,2

algemene reserve

2,0

bestemde reserve

11,0

0,0

14,7

2,3

17,3

2,0

15,3

12,0

9,1

7,7

3,1

kapitaallastenreserve

0,2

0,9

0,0

1,6

1,6

1,6

1,6

1,6

1,6

totaal

19,5

1,7

19,5

4,8

20,9

6,3

24,8

2,1

23,4

2,1

23,2

2,2

20,5

5,2

Is deze activiteit door ons beïnvloedbaar en zo ja, in welke mate?

Deze activiteit is:

1% tot 25% beïnvloedbaar

We bepalen zelf welk kwaliteitsniveau we hanteren voor de openbare ruimte. Het kwaliteitsniveau bepaalt hoe vaak we groot onderhoud uitvoeren. We kunnen de kosten beïnvloeden door het aantal objecten te verminderen. Ook kunnen we ervoor kiezen om objecten minder te onderhouden of om een object niet te vervangen.

Een randvoorwaarde hierbij is het voorkomen van kapitaalvernietiging. Dit betekent dat door te weinig onderhoud objecten verwaarlozen en daardoor eerder vervangen moeten worden. Een andere randvoorwaarde is ervoor zorgen dat onze objecten veilig zijn en blijven.

Maatschappelijke gevolgen

Als we minder geld uitgeven aan groot onderhoud, dan kunnen we minder groot onderhoud doen. Dit kan ertoe leiden dat objecten verwaarlozen en daardoor eerder vervangen moeten worden. De objecten zullen ook er slechter uit zien. Denk bijvoorbeeld aan bewegwijzering die niet of niet goed zichtbaar is of verf dat van de brugleuningen bladert. Dit heeft gevolgen voor de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van de openbare ruimte.

Als de objecten niet meer veilig zijn door te weinig onderhouden dan zullen wij bijvoorbeeld bruggen moeten afsluiten of de snelheid verlagen op onze wegen. Dit heeft effect op de bereikbaarheid en leefbaarheid van onze stad.

Wat zijn de externe factoren (risico’s) die de activiteit kunnen beïnvloeden?

  • Als gevolg van het aanscherpen van de wet- en regelgeving door het Rijk rondom duurzaamheid bestaat de kans dat we duurdere materialen moeten aanschaffen. Hierdoor maken we extra kosten.
  • Als gevolg van hogere prijzen voor onderhoud (door marktontwikkelingen) bestaat de kans dat de kosten voor onderhoud hoger zijn dan waar wij rekening mee houden. We moeten dan meer kosten maken.
  • Als gevolg van het betalen van investeringen met incidenteel geld in het verleden bestaat de kans dat we over een aantal jaar geen geld hebben voor noodzakelijke vervangingsinvesteringen. Hierdoor moeten we kosten maken waar we geen rekening mee hebben gehouden.
Deze pagina is gebouwd op 04/14/2023 12:23:57 met de export van 04/14/2023 11:53:05