Afwijkingen per risicogroep

Prijsstijgingen

Over loon- en prijs knelpunten vanaf 2024 nemen we nu nog geen besluit nemen

Er zijn vanuit de organisatie nog meer knelpunten gemeld als gevolg van hogere prijzen. Enerzijds gaat het om de structurele effecten van prijsstijgingen. Deze nemen we mee bij de Programmabegroting 2024. We hebben dan meer zicht op de inflatieontwikkeling, de werkelijk hogere kosten en of de ruimte om de inflatiebuffer voldoende is om alle knelpunten te kunnen betalen.
Anderzijds zijn er ook nog loon- en prijsrisico’s gemeld voor 2023 waarvan de financiële effecten nog niet duidelijk zijn. We stellen hiervoor geen budget beschikbaar. We doen dit pas, bij een volgende kwartaalrapportage, als er genoeg zekerheid is over de risico’s en het dus onvermijdelijke knelpunten zijn geworden.
We willen u nu al wel een beeld geven van het financiële risico. De risico’s zijn daarom in de tabel hieronder opgenomen:

bedragen x € 1.000

omschrijving

2024

2025

2026

structureel

restant inflatiebuffer na Q4

10.200

10.200

10.200

10.200

extra l&p instellingen (7,32% i.p.v. 5,58%)

-1.127

-1.122

-1.122

-1.122

dagelijks verzorgend onderhoud

-2.500

-2.000

-2.000

-2.000

indexatie leerlingenvervoer

-190

-190

-190

-190

aanbesteding schulddienstverlening

-400

-400

-400

-400

huisvestingskosten wijkteams

-15

-15

-15

-15

schoonbestekken stadsreiniging

-300

-300

-300

-300

CAO gemeenteambtenaren

pm

pm

pm

tarieven stadswarmte

pm

pm

pm

restant stelpost l&p

5.668

6.173

6.173

6.173

De eerste 6 posten zijn de verwachte structurele effecten van knelpunten in 2023

Hierover wordt bij de Programmabegroting 2024 een besluit genomen. De toelichting is opgenomen bij de knelpunten 2023 die we verwerken in deze kwartaalrapportage.

CAO gemeenteambtenaren

Op dit moment lopen onderhandelen met de vakbonden en de VNG over een nieuwe CAO voor gemeenteambtenaren. De nieuwe CAO zou vanaf 1 januari 2023 ingaan, maar we weten nog niet wat de loonsverhoging gaat zijn. De VNG biedt nu 5% vanaf 1 februari 2023 en 3% vanaf 1 maart 2024. Dit kunnen we betalen uit de beschikbare middelen in de begroting. Daarnaast is de verwachting dat de pensioenpremie lager wordt. Als dat gebeurt kunnen we nog 1,5% extra loonstijging opvangen. Als de uiteindelijke loonafspraak hoger is dan komt dit ten laste van deze inflatiebuffer.

Ondersteuning energiekosten sportverenigingen

De buitensportverenigingen zijn ook geconfronteerd met de gestegen energiekosten. Met name de veldverlichting vraagt veel elektriciteit. Ook voor binnensportverenigingen is de huur verhoogd met 5% in 2023. De verwachting is dat zij (een deel van) deze kosten gaan compenseren door hogere contributies van leden te vragen. Dit kan ertoe leiden dat leden hun lidmaatschap stopzetten. Dit willen we niet, daarom willen we kijken hoe we ze kunnen ondersteunen.
Als we de verenigingen volledig compenseren schatten we de kosten in 2023 op € 150.000. In de najaarsnota van het Rijk is er compensatie door het Rijk aangekondigd, maar het is nog niet duidelijk hoe dit uitgewerkt wordt en of deze compensatie voldoende zal zijn voor de Almeerse sportverenigingen. Omdat nog niet ingeschat kan worden hoe lang de inflatie-crisis zal duren is het structurele effect op PM gezet.

Deze pagina is gebouwd op 04/14/2023 12:23:57 met de export van 04/14/2023 11:53:05